1.11 AB - vierde tranche
Wijzigingstekst
Artikel 1.11 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het derde lid wordt als volgt gewijzigd:
- a. Aan het slot van onderdeel e wordt ‘, of’ vervangen door een puntkomma.
- b. Aan het slot van onderdeel f wordt de punt vervangen door: , of.
- c. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
- g. de melding betrekking heeft op een buitenschietbaan.
2. In het vierde, vijfde en zevende lid vervalt: , 6.12.
3. Het achtste lid komt te luiden:
- 8. In de volgende gevallen geeft het rapport tevens een beschrijving van het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (LAr,LT) veroorzaakt door de inrichting op de zonegrens en op gevoelige objecten binnen de zone op basis waarvan het bevoegd gezag kan beoordelen of aan de geluidsvoorwaarden voor de zone kan worden voldaan indien het een inrichting betreft als bedoeld in categorie 11.3, onderdeel c, onder 2° en 3°, van onderdeel C, van bijlage I, bij het Besluit omgevingsrecht.
4. In het tiende lid wordt na ‘windturbines’ ingevoegd: , een buitenschietbaan.
Toelichting
Onder 1 en 4
Op grond van artikel 1.11, derde lid, onderdeel g, dienen drijvers van inrichtingen zijnde een buitenschietbaan eveneens bij de melding een akoestisch rapport te voegen. De reden hiervoor is dat er een grotere kans is dat grenswaarden worden overschreden. Een onderzoek vooraf waarin wordt aangetoond dat voldaan kan worden aan de grenswaarden ligt dan voor de hand.
Aan het tiende lid, dat een grondslag geeft om bij ministeriële regeling eisen te stellen aan het akoestisch onderzoek, zijn naast de windturbines en binnenschietbanen ook buitenschietbanen opgenomen. Met deze wijziging is de mogelijkheid geopend om een rekenmethodiek specifiek voor geluid afkomstig van buitenschietbanen op te nemen.
Onder 2
Deze wijziging houdt verband met het verplaatsen van het overgangrecht van artikel 6.12 naar artikel 2.17, tiende tot en met het veertiende lid.
Onder 3
Op grond van artikel 1.11, achtste lid, onderdeel b, moest bij de melding van een zuiveringtechnisch werk een akoestisch rapport worden overgelegd. Met dit wijzigingsbesluit vervalt de aanwijzing van de zuiveringtechnische werken als categorie inrichtingen als bedoeld in artikel 41 van de Wet geluidhinder (artikel II, onderdeel D, onder4). Daarmee komt de toets voor geluid te vervallen en ook de noodzaak voor een akoestisch rapport. Het bevoegd gezag kan bij zuiveringtechnische werken nog steeds om een akoestisch onderzoek vragen op grond van artikel 1.11, vijfde lid.
(Artikel I, Onderdeel I)
Externe links
-
