Act 1020

Uit kennis.vinx.nu
Versie door Han (Overleg | bijdragen) op 16 dec 2015 om 12:29

Ga naar:navigatie, zoeken

Activiteit

Gebruik van zeer zorgwekkende stoffen


Wanneer van toepassing

Onder een zeer zorgwekkende stof wordt verstaan: een stof die voldoet aan een of meer van de criteria of voorwaarden, bedoeld in artikel 57 van EG-verordening registratie, evaluatie en autorisatie van chemische stoffen.

De Europese Unie heeft selectiecriteria opgesteld om te bepalen wanneer een stof als een zeer zorgwekkende stof wordt beschouwd. Deze criteria zijn opgenomen in artikel 57 van REACH. Het gaat hierbij om stoffen met de volgende eigenschappen:

1) kankerverwekkend,

2) mutageen,

3) reprotoxisch,

4) persistent, bioaccumulerend en toxisch,

5) zeer persistent en zeer bioaccumulerend,

6) gelijke zorg als de stoffen genoemd onder 1 tot en met 5, zoals hormoonverstorende stoffen.



Wettelijke basis

Paragraaf 2.3 van het Activiteitenbesluit


Toelichting

Ten aanzien van het genoemde onderdeel 6 kan worden opgemerkt dat in artikel 57f van REACH ook wordt aangegeven dat stoffen met «gelijke zorg» ook als zeer zorgwekkende stof aangemerkt kunnen worden. Dit zijn stoffen met hormoonontregelende eigenschappen. In REACH worden ook stoffen met persistente, bioaccumulerende en toxische eigenschappen of zeer persistente en zeer bioaccumulerende eigenschappen, die niet aan de criteria onder 1 en 5 voldoen, als zeer zorgwekkend aangewezen. Het gaat om stoffen waarvan wetenschappelijke aanwijzingen worden gevonden voor waarschijnlijke ernstige gevolgen voor de gezondheid van de mens of voor het milieu die even zorgwekkend zijn als die van de stoffen die onder 1 tot en met 5 zijn vermeld. Deze stoffen worden per afzonderlijk geval volgens de procedure van artikel 59 van REACH vastgesteld en op de kandidatenlijst geplaatst.


In dit artikel wordt aangesloten bij deze criteria. Om te bepalen wanneer aan deze criteria wordt voldaan, wordt zoveel mogelijk aangesloten bij bestaande indelingen in internationale regelingen en verdragen. In de Activiteitenregeling zijn de zeer zorgwekkende stoffen aangewezen (zie Bijlage 13) en zijn nadere bepalingen opgenomen over de identificatie van een zeer zorgwekkende stof. Om de uitvoering van de voorschriften in afdeling 2.3 te faciliteren, zijn de stoffen die op basis van de genoemde criteria voor de toepassing van deze afdeling in ieder geval als zeer zorgwekkend worden aangemerkt, opgenomen in een niet-limitatieve lijst in de Activiteitenregeling. Met deze lijst wordt aangesloten bij artikel 57 van REACH en de bijlagen uit de hierboven bedoelde wetgeving en verdragen.


Verder is relevant:

Artikel 2.4 lid 1: In afwijking van artikel 2.3a, eerste lid, is dit artikel, met uitzondering van het achtste lid, onder b, uitsluitend van toepassing op degene die een inrichting type C drijft.

Van inrichtingen type A wordt aangenomen dat er geen relevante emissies van zeer zorgwekkende stoffen optreden. Voor inrichtingen type B gelden de bepalingen van de hoofdstukken 3 en 4 waar via het toepassen van de beste beschikbare technieken de emissies zijn geregeld.

Voor inrichtingen waartoe een IPPC-installatie behoort, gelden de bepalingen in aanvulling op de BBT-conclusies uit de BREF’s, voor zover deze niet of onvoldoende gekwantificeerd zijn of op een activiteit of type productieproces geen BBT-conclusies van toepassing zijn. Indien en voor zover er in BBT-conclusies emissieniveaus voor zeer zorgwekkende stoffen zijn vastgesteld, gaan die BBT-conclusies voor. Op dit punt wijkt de regeling voor zeer zorgwekkende stoffen niet af van de regeling voor de overige stoffen.


Artikel 2.4, tiende lid

In de Wm zijn luchtkwaliteitswaarden opgenomen voor fijn stof, benzeen, lood, arseen, cadmium, nikkel en benzo(a)pyreen. De eisen die in artikel 2.4 zijn opgenomen voor een luchtkwaliteitstoets, zijn daarom niet op deze stoffen van toepassing.

Externe links

-


Activiteit id: 1020